Transcription of Werkwoordenoefening werkwoordpakket 16 - juf-hannah.nl
1 Werkwoordenoefening werkwoordpakket 16. Tegenwoordige tijd / verleden tijd /voltooid deelwoord aangeven De spelers _____ _____dat er gewisseld moest worden. denken De jury _____ dat zij wel eens de finale zou kunnen halen. inslaan Voor het afscheidsfeest werd heel veel lekkers _____. aankomen Het slechte nieuws _____ ontzettend hard _____ bij de familie. uitwijzen Het onderzoek _____ _____ of hij schuldig is of niet. afzien PSV _____ ____ van een eventuele transfer van Kevin Senft. sterven We _____ van de dorst na die hele lange estafette! lezen Wat is het toch heerlijk als je per dag een kwartiertje _____. afstaan Sommige ouders hebben op jongere leeftijd hun kind _____.
2 Uitkiezen Wij _____ hem_____ vanwege zijn sleeppush met hockey! toegeven Tamara _____ _____ dat ze veel wisselt van vriendjes. uitzien Hoe heeft jouw moeder er vroeger _____? achterblijven De autocoureur _____ op de snelle kopgroep. doorbrengen Oma en opa _____ de hele dag _____ in de dierentuin. opkopen Willem en Teun _____ spullen _____ van failliete bedrijven. uitzoeken Rob heeft al zijn troep uit zijn kamer _____. afwijzen De bruid _____ de bruidegom bij het altaar keihard _____. nazeggen Lindsey _____ de moeilijke Franse woorden _____ . meedoen Ik _____ _____ om te winnen en niet om te verliezen! bewijzen De politieagent heeft ons een goede dienst _____.
3 Blazen Cornelia _____al de kaarsjes uit op haar verjaardagstaart. overblijven Aan het eind van de quiz_____nog maar 3 mensen _____. meegaan Ben jij zonder iets te vragen zomaar met die man_____? voorschrijven De dokter_____medicijnen_____tegen haar keelpijn.